ED SNODDERLY & THE SHOESTRING SEVEN - CHIMNEY SMOKE

Artiest info
Website
facebook
Label: Majestic Records – Need To Know

Bij sommige mensen vraag je je af hoe ze het klaarspelen om, ondanks een massieve dosis talent, toch bijzonder goed onder de radar te blijven. Ed Snodderly is kennelijk zo iemand. Hij is met “Chimney Smoke” aan zijn tiende plaat toe, beheerst zowat elk oud klinkend muziekgenre, van old time tot bluegrass en Appalachian folk en runt daarnaast ook een van de meest iconische clubs van de hele Verenigde Staten, de “Down Home” in Johnson City, Tennessee. Daar spelen en speelden letterlijk alle artiesten die we hier koesteren - van New Grass Revival en Norman Blake tot Willie Dixon, John Lee Hooker, Queen Ida, Townes Van Zandt en Ramblin’ Jack Elliott- en waarvan een aantal hier op deze plaat zijn opwachting maakt aan de zijde van Snodderly, die je overigens kunt (her)kennen als de dorpsgek uit “O Brother Where Art Thou?”.

In de loop der voorbije decennia bracht Snodderly platen uit via Sugar Hill Records en was hij de helft van The Brother Boys, waarvan Eugene Wolf de andere helft was. Daarnaast werden zijn songs gecoverd door Jerry Douglas, Sam Bush en Missy Raines en werd hij opgenomen in de de eregalerij van de Southern Folk Alliance. Om maar te zeggen dat een mens aan deze kant van de grote plas zich afvraagt waarom de naam van Ed Snodderly niet bij iedereen bekend is, die met Amerikaanse rootsmuziek bezig is.

Misschien komt daar met deze nieuwe plaat een beetje verandering in, als radioprogrammatoren de moeite doen om de kleine lettertjes te lezen, die bij de plaat horen: er speelt namelijk erg veel bijzonder mooi volk mee. Zo is er Gretchen Peters, die de tweede stem zingt op “Gone With Gone and Long Time”, een bloedmooi nummer over verlies en rouwen. In opener “Better Just Ride the Mule” wordt de samenzang, net als in “Just Like You River” en in de titelsong, toevertrouwd aan de geweldige Amythyst Kiah, in “So Far Away” is het Maura O’Connell die de honneurs waarneemt en voor “There You Are” kwam de hier wel vaker toegejuichte Malcolm Holcombe langs.

Dat zijn fraaie passages en dan heb ik het nog niet gehad over “Crow’s Fever”, waarin kompaan Eugene Wolf komt meezingen, net zoals hij dat doet in “Just Like You River” en net zoals sterproducer R.S. Field een bijdrage levert aan “Before School”. Als je daarbij de inbreng optelt van een ware all-star band met Shawn Camp, Steve Conn, Steve Hinson, John Gardner, Chris Scruggs, Gary J. Smith en maestro Kenny Vaughan, dan weet je dat je goed zit. Met het knappe songmateriaal er bovenop, zijn werkelijk alle elementen voorhanden voor een ronduit meesterlijke plaat. Leer hem kennen, mensen, en liefst snel !

(Dani Heyvaert)